Informatie op maat
Contact opnemen?

Voor specifieke informatie of informatie op maat, neem contact met ons op.


Dit doe je

Als servicetechnicus elektrotechnische installaties verricht je service en onderhoud aan elektrotechnische machines, installaties en apparaten op locatie bij de klant of binnen het eigen bedrijf. Je plant het onderhoud en voert dit zelf uit. Vervolgens zorg je voor het inregelen, afstellen en indien nodig het programmeren van de besturing of aandrijving. Inspecteren en modificeren maken ook deel uit van je werkzaamheden. Het gebruiksklaar maken kan gaan om onderhoudssituaties, maar ook om oplevering bij nieuwbouw. Je werkzaamheden kenmerken zich door de afwisseling aan apparaten, machines en installaties waaraan wordt gewerkt en de steeds aanwezige tijdsdruk.

Daar werk je

Als servicetechnicus elektrotechnische installaties werk je bij een elektrotechnisch installatiebedrijf, een elektrotechnisch bedrijf in de industriële sector, of in de bouwsector.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties ontvangt van zijn leidinggevende een opdracht en overlegt over de uit te voeren werkzaamheden, planning en werkwijze.
Wanneer de werkzaamheden aan onbekende apparatuur verricht moeten worden, verdiept hij zich in de werking en de bijbehorende voorschriften en instructies. Verder neemt hij kennis van het storingslogboek.

Hij verzamelt en interpreteert alle relevante informatie zoals tekeningen, schema's, logboeken, handboeken, handleidingen en procedures.

Hij beoordeelt de werksituatie en deelt zijn werkzaamheden in, rekening houdend met andere vastgestelde en door hemzelf opgestelde planningen.

Hij verzamelt materialen, gereedschappen, meet- en controleapparatuur en materieel en maakt deze klaar voor gebruik.

Hij bespreekt knelpunten met zijn leidinggevende, klant en andere betrokkenen.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties meldt zich bij de klant en informeert naar veiligheidsvoorzieningen en risico’s voor mens, milieu, elektrotechnische machines, apparatuur en installaties en procesvoortgang. Hij raadpleegt met name de gebruikers/bedieningsvakmensen t.a.v. de juiste werking en storingen die zich hebben voorgedaan en met name onder welke omstandigheden.

Hij leest de tekeningen en gebruikersinstructies. Hij controleert en interpreteert de geschiedenis van elektrotechnische of mechatronische machines, apparatuur en installaties. Hij beoordeelt globaal de staat van de machines, apparatuur en installaties (kijkt, luistert, voelt en ruikt). Hij controleert daarbij de normale werking en vergelijkt waarnemingen met het in de onderhoudsinstructies of richtlijnen omschreven of anderszins door hem verwachte beeld en let op onveilige situaties.

Hij signaleert en interpreteert afwijkingen (zoals beschadigingen, slijtage, onvoldoende bescherming tegen elektrische schok of bewegende delen, onvoldoende maatregelen tegen brand(verspreiding) en thermische invloeden, onjuiste keuze of instelling van beveiligingstoestellen, onvoldoende bescherming tegen uitwendige invloeden, onvolledige aanduiding van installatiedelen). Hij stelt voor de hand liggende oorzaken vast.

Hij deelt zijn bevindingen indien nodig aan de klant mee en geeft aan welke maatregelen er genomen moeten worden en geeft aan als onderdelen mogelijk voor extra onderhoud en kosten gaan zorgen. Hij legt uit waarom het rendabeler is om bepaalde onderdelen preventief te vervangen.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties controleert of de elektrotechnische machines, apparatuur en installaties veilig werken en de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen en veiligheidsvoorzieningen op de locatie aanwezig zijn.

Hij neemt maatregelen waardoor een inspectie op een veilige manier kan worden uitgevoerd.

Niet veilig werkende elektrotechnische machines, apparatuur en installaties stelt hij zelfstandig buiten bedrijf en motiveert dit vooraf aan de klant.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties leest automatische meldingen van de besturing uit.

Hij voert gecertificeerde metingen (bijvoorbeeld als bevoegd persoon, inspecteur E-installaties) en testen uit aan het elektro-, besturings- en regeltechnische deel en beperkt aan het mechanische, pneumatische en hydraulische deel van machines, apparatuur en installaties, zoals productie-installaties en voedende elektrotechnische installaties.

Hij registreert status/onderhoudsgegevens.

Hij signaleert en interpreteert afwijkingen, gebruikmakend van aanwezige en (digitaal) opvraagbare (elektrotechnische) gegevens, fabrikantspecificaties, klantspecificaties en -meldingen, normbladen. Hij geeft vanuit storingsoverzichten en de inspectieresultaten een betrouwbare voorspelling van de bedrijfszekerheid van de apparatuur of installatie.

Hij voert (rest)materialen en gereedschappen op de juiste wijze af.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties verwerkt de status-, onderhouds- en storingsgegevens.

Hij maakt een inspectierapport als dit volgens de bedrijfsvoorschriften noodzakelijk is.

Hij informeert de klant over de onderhoudssituatie en zo nodig over bediening en gebruik van de elektrotechnische machines, apparatuur en installaties en andere elektrisch werkende en/of gestuurde installaties.

Hij noteert gemaakte afspraken.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties verzamelt, leest en interpreteert alle relevante informatie zoals inspectie- en testrapportage, (automatische) meldingen en opdracht tot onderhoud of modificatie. Verder verzamelt hij tekeningen, schema's, logboeken, handboeken en handleidingen die nodig zijn.
Indien nodig regelt hij werkvergunningen voor hemzelf en voor anderen.

Hij vraagt indien nodig aanvullende informatie aan de klant of leidinggevende en informeert naar het huidige (dis)functioneren en de storingsgeschiedenis van elektrotechnische of mechatronische machines, apparatuur en installaties.

Hij beoordeelt de werksituatie en handelt adequaat als werkopdrachten onvolledig blijken te zijn of wanneer deze uitgaan van onjuiste veronderstellingen.

Hij deelt zijn eigen werkzaamheden in en houdt rekening met knelpunten.

Hij verzamelt materialen, gereedschappen, apparatuur en materieel en maakt deze klaar voor gebruik.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties meldt zich bij de klant en informeert naar veiligheidsvoorzieningen en risico’s voor mens, milieu, apparatuur en procesvoortgang.

Hij controleert de veiligheid van de apparatuur, installaties en omgeving. Hij controleert of de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen/veiligheidsvoorzieningen op de locatie aanwezig zijn. Hij stelt apparatuur en/of installatie(delen) in overleg met de werkverantwoordelijke buiten bedrijf en neemt alle overige maatregelen waardoor de werkzaamheden op een veilige manier kunnen worden uitgevoerd.

Hij zorgt omwille van de veiligheid en een betrouwbare werkuitvoering
permanent voor een ordelijke en zo veel mogelijk opgeruimde werkplek.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties ontvangt een storingsmelding.

Hij lokaliseert en analyseert de storing, waaronder complexe (samengestelde), intermitterende en repeterende storingen, en de oorzaak daarvan met behulp van de benodigde (meet)apparatuur en informatie uit relevante bronnen. Op basis hiervan stelt hij een diagnose. Wanneer een storing vaak blijkt voor te komen signaleert hij dit en dient hiervoor verbetervoorstellen in.

Voor aanvang vraagt hij zo mogelijk aan de beheerder of bedieningsman (operator) naar bijzonderheden die zich hebben voorgedaan voorafgaand aan of tijdens het optreden van de storing. Hij raadpleegt bij twijfel een collega of specialist over de gestelde diagnose.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties stelt op basis van de diagnose de aard en omvang van de uit te voeren werkzaamheden vast.

Hij bepaalt de planning van de werkzaamheden en overlegt zo nodig met zijn leidinggevende over reparatie of vervanging, assistentie of het uit handen geven van de werkzaamheden. Hij stemt de uitvoering van zijn werkzaamheden af met de werkverantwoordelijke.

Hij schat de te verwachten overlast voor de klant in.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties bespreekt met de klant de mogelijke overlast ten gevolge van de werkzaamheden.

Hij verhelpt storingen in elektrotechnische machines, apparatuur en installaties op basis van de gestelde diagnose of voert modificaties of preventief onderhoud volgens opdracht uit. Hij doet dit door middel van reiniging, reparatie of vervanging van onderdelen, bedrading en bekabeling, door middel van het vervangen van software of het bij regelen van de elektrotechnische machines, apparatuur en installaties.

Indien hij constateert dat (de oorzaak van) de storing niet direct volledig verholpen kan worden, zorgt hij na overleg met zijn leidinggevende en de werkverantwoordelijke zo mogelijk voor een tijdelijke oplossing van het probleem.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties test en controleert de werking van gemonteerde componenten van elektrotechnische machines, apparatuur en installaties.

Niet veilig te gebruiken of te maken apparatuur en installaties stelt hij niet in bedrijf. Hij stelt zijn leidinggevende in kennis en zorgt ervoor dat de apparatuur of installatie niet kan worden ingeschakeld.

Hij draagt zorg voor zijn materialen, gereedschappen, materieel en persoonlijke beschermingsmiddelen.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties geeft aan meerdere minder ervaren collega's die werken aan verschillende (deel)projecten duidelijke instructies, uitleg en aanwijzingen over de uit te voeren werkzaamheden.

Hij deelt zijn kennis en ervaring, fungeert als vraagbaak en beantwoordt vragen geduldig.

Hij controleert de uitvoering en het resultaat van de werkzaamheden van de minder ervaren collega. Hij geeft de minder ervaren collega voldoende ruimte om te leren.

Hij geeft zelf het goede voorbeeld qua omgang en uitvoering.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties maakt componenten, elektrotechnische machines, apparatuur en installaties gebruiksklaar door middel van het opnieuw inregelen, afstellen en indien nodig, programmeren van de besturing of aansturing.

Hij test en controleert de werking van elektrotechnische onderdelen, bedrading en bekabeling, elektrotechnische machines, apparatuur en installaties. Hij stelt de in- en afregeling en programmering bij totdat de component/apparatuur/installatie werkt volgens de instructie van de fabrikant, volgens de specificaties en de wensen van de opdrachtgever en volgens de geldende normen en arbo-, veiligheids- en milieuvoorschriften.

Indien nodig wordt een testprogramma doorlopen.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties vult alle relevante formulieren en logboeken in en maakt een rapport.

Het komt voor dat hij op het onderhouden en gecontroleerde toestel een controlesticker plakt. Afhankelijk van hoe het bij het bedrijf geregeld is laat hij de klant de werkbon aftekenen.

De servicetechnicus elektrotechnische installaties draagt de elektrotechnische machines, apparatuur en installaties ter acceptatie over aan de klant. Hij informeert of de klant tevreden is en adviseert de klant zo nodig over bediening en gebruik van de machines, apparatuur en installaties. Hij geeft zo nodig uitleg over aangepaste werking van de apparatuur of installatie.

Hij noteert acceptatie van de elektrotechnische machines, apparatuur en installaties en eventueel gemaakte afspraken.